reis

reis
op weg

dinsdag 8 oktober 2013

Wind en zon en toch niet varen



Het begon zo mooi, de eerste ochtend dat we wakker werden op de boot in Kiel: een wolkenrij aan de horizon en verder blauwe lucht. Dat beloofde veel goeds voor de komende dagen waarin we de boot van Kiel naar de winterberging op Fehmarn zouden varen, zo’n 45 mijl verder wat ongeveer 7 tot 8 uur varen betekent.
Leek geen probleem, hoewel… we vonden het wel redelijk koud: zo’n 12 tot 14 graden. Hmmm, dat was minder.
Maar kom op, eerst een dagje boodschappen doen en wat rommelen op de boot en dan zondags wegwezen.
Die ochtend stond de zon al weer te stralen en er stond een rustig oostenwindje. Rustig was prima maar oostenwind… dat was minder, want Fehmarn ligt precies in het oosten. Geen probleem, we varen naar Bagenkop in Denemarken en via een omweg komen we dan in drie dagen ook op Fehmarn terecht – tenslotte hadden we een hele week!

Nu ligt onze thuishaven redelijk beschut en volgens ons zou het niet echt hard gaan waaien. Niet helemaal goed gedacht, want naarmate we verder de Kieler Fjord uit kwamen, des te harder ging het waaien, helemaal oost. En koud, na een uur waren we al helemaal vernikkeld met die koude wind bijna recht op kop!!! En daardoor ook niet echt lekker voor Bagenkop. Nou, dan maar eerst naar Schilksee; dat zou de volgende dag weer een stuk schelen in de afstand.

In Schilksee aangelegd – wat nog behoorlijk lastig was met die harde wind vanaf de zijkant – en toen maar eens goed naar de berichten op internet gekeken. Dat stemde ons niet echt vrolijk: volgens de Windfinder – en later bevestigd door havenmeester en andere weerbronnen – zou het de hele week hard uit het oosten blazen bij middagtemperaturen rond de 14 graden. Dat zou betekenen recht tegen de wind in motoren, zo’n zeven uur lang. Hadden we daar zin in? Nee dus. Maar wat dan? 






Want bijkomend probleem was dat de auto van Marleen wel al op Fehmarn stond, zodat we alle spullen uit de boot konden laden en voor de winter mee naar huis nemen.
Eh, drie mogelijkheden: toch gaan varen, naar huis gaan en later de boot overvaren en dus de auto ook laten staan waar hij stond, naar Fehmarn gaan en de auto ophalen.
Het werd een combinatie: we gingen met de trein naar Fehmarn, haalden daar de auto op, reden terug naar Schilksee, laadden de boot uit, reden naar huis en over twee weken gaat Bob terug om de boot alsnog naar Fehmarn te varen.
En wat nu het rare was van deze week? Dat elke dag de zon uitbundig scheen, er een strakblauwe lucht te zien was en dat je niet buiten kon zitten vanwege de koude wind. Dit hadden we nog nooit meegemaakt.
Werd het daarom een niet zo’n leuke week? Nee! Het was heerlijk om samen op de boot te zijn en de dingen te doen die we wilden doen.